-
Samenvatting
In deze bijdrage wordt de belangenafweging onder de loep genomen die volgens de Nederlandse wetgever moet worden gemaakt om de integriteit van het lichaam te beperken en te beschermen bij de ontwikkeling van de medische wetenschap. Het toepasselijke juridisch kader bestaat uit het vereiste van toestemming van de betrokkene, het verbod op onevenredige financiële vergoeding, de medisch-ethische toetsing van onder meer de noodzakelijkheid en de bovengrens aan de belasting en risico’s. Naast een bespreking van deze vereisten wordt ingegaan op de klaarblijkelijke wens van de wetgever om aan te sluiten bij bestaand recht en om te kiezen voor een systeem met een sterk procedureel karakter in combinatie met open normen.
Inhoud
- 1. Inleiding
- 2. Erfenis van het nationaalsocialisme: regels voor ‘medische experimenten’
- 3. Onderzoek met proefpersonen: het internationaal- en Europeesrechtelijk kader
- 4. Afname van lichaamsmateriaal: het internationaal- en Europeesrechtelijk kader
- 5. Elementen van een belangenafweging op grond van de WMO en de cWzl
- 6. Keuzes van de wetgever
- 7. Conclusie
- ↑ Naar boven
RegelMaat |
|
Article | Lichamelijke integriteit bij de ontwikkeling van de medische wetenschap: elementen uit de belangenafweging |
Trefwoorden | belangenafweging, wetgeving, lichamelijke integriteit, wetenschappelijk onderzoek, lichaamsmateriaal |
Auteurs | Mr. E.B. Beenakker |
DOI | 10.5553/RM/0920055X2017032006003 |
Auteursinformatie |