Inhoud
- 1 Inleiding
- 2 De feiten die in casu van belang waren
- 3 De gevoerde procedures
- 4 De inhoud van de uiterste willen van de latere erflater
- 5 Het oordeel over de geestelijke toestand van de erflater ten tijde van het maken van zijn laatste uiterste wil
- 6 Wat aan het passeren van een uiterste wil voorafgaat of vooraf dient te gaan
- 7 Enig houvast voor de notaris die twijfelt aan de wilsbekwaamheid van de ‘wens-testateur’?
- 8 De rol van een notaris bij het beantwoorden van de vraag of een testateur in staat is zijn wil te bepalen/te uiten
- 9 Onze conclusie uit het bovenstaande
- ↑ Naar boven
Tijdschrift Erfrecht |
|
Case Law | De wils(on)bekwame testateur/testatriceHR 13 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:311, RvdW 2015/308 |
Trefwoorden | uiterste wil, beschermingsbewind, wils(on)bekwaamheid |
Auteurs | Prof. mr. E.A.A. Luijten en Prof. mr. W.R. Meijer |
DOI | 10.5553/TE/187416812015016003003 |
Auteursinformatie |