-
Samenvatting
In HvJ 28 juli 2016, zaak C-191/15, Verein für Konsumenteninformation/Amazon EU Sárl, ECLI:EU:C:2016:612 heeft het Hof van Justitie geoordeeld dat oneerlijke bedingen in online gesloten of nog te sluiten overeenkomsten met consumenten en tegen het gebruik waarvan met een preventieve collectieve verbodsactie wordt geageerd, het karakter hebben van verbintenissen uit overeenkomst. De rechtmatigheid van dergelijke bedingen moet daarom, ook wanneer de rechtmatigheidstoets als voorvraag opkomt in het kader van een niet-contractuele collectieve verbodsactie, worden beoordeeld naar het recht dat door Verordening (EG) nr. 593/2008 (Rome I) wordt aangewezen. Daarentegen is volgens de advocaat-generaal alleen Verordening (EG) nr. 864/2007 (Rome II) relevant.
HvJ 28 juli 2016, zaak C-191/15, Verein für Konsumenteninformation/Amazon EU Sàrl, ECLI:EU:C:2016:612
Nederlands tijdschrift voor Europees recht |
|
Article | E-commerce, collectieve verbodsacties en rechtskeuzebedingen in consumentenovereenkomsten: verfijning van het Europees conflictenrecht |
Trefwoorden | Voorvraag, Collectieve verbodsacties, E-commerce, Rechtskeuze, Scope-rules |
Auteurs | Mr. R.P. Streng |
DOI | 10.5553/NtER/138241202016022010001 |
Auteursinformatie |